Ze kwam van buiten, uit Amsterdam. Toen Riek Bakker, nu 76 jaar oud, in de jaren tachtig hier in Rotterdam arriveerde, als kersverse directeur Stadsontwikkeling, was dat geen zachte landing. “Ik zeg het maar eerlijk: ik schrok me wild.” Bakker tekende voor een ontwikkeling die de stad voorgoed zou veranderen, met dank aan de Erasmusbrug, die zaterdag 25 jaar bestaat. Ze vertelt er ronduit over in het interviewprogramma 'De Verdieping'.

GESCHREVEN DOOR

Anton Slotboom bron Rijnmond nieuws

Rotterdam stond er niet best voor. De stad was vervuild, de werkloosheid tierde welig, de criminaliteit al net zo. Het gemeentebestuur moest ondertussen continu bezuinigen. Aan de overkant van Rotterdam-Noord lag de huidige Kop van Zuid: toen niet meer dan een oude haven die niet meer nodig was. Een smoezelig gebied, op afstand van het stadscentrum omdat een brug ontbrak: wat moest je daar nou mee?

Rotterdam was een gehavende stad, en verbetering was er in deze grimmige tijd niet in zicht. “Ik zal je eerlijk zeggen: ik schrok me wild,” zegt Riek Bakker. Ze werd in de jaren tachtig directeur Stadsontwikkeling. Voor die baan verliet ze Amsterdam, en betrok ze hier een woning in de stad. “Hier is werk aan de winkel, dacht ik. Er moest iets gebeuren. Niet meer van hetzelfde, maar echt iets nieuws. Zodat Rotterdam in de volgende eeuw, die snel naderde, weer trots naar buiten kon treden.”

De stad redden

“Ik merkte toen ik hier kwam wonen dat er in Rotterdam een enorme crisis aan de gang was”, gaat Bakker verder. Het kon zo niet doorgaan, daar was iedereen die ze tegen kwam het wel over eens. Bakker knoopte steeds meer gesprekken aan, om te horen wat er dan moest gebeuren. Waar zou Rotterdam bij gebaat zijn? “Ondernemers, vastgoedmensen, ziekenhuispersoneel: we gingen met alles en iedereen in gesprek. Ik heb gepraat tot ik een ons woog. Ik vroeg aan al die mensen: wat wil je dat er straks met jullie kinderen gebeurt? Kijk om je heen, wil je dan niet dat we vooruit gaan? Je moet echt zeggen wat je wil, zei ik, want anders wordt er iets over jullie hoofden besloten. En ik ga jullie helpen!"

Steeds wilde burgemeester Bram Peper van Riek Bakker weten wat er was gezegd. Wat wilden de Rotterdammers? Een hele nieuwe ontwikkeling aan de zuidkant van de stad werd ondertussen bedacht, voor het gebied waar tegenwoordig de Kop van Zuid is. Hier was van alles mogelijk, als je het maar zag. Het gerechtsgebouw zou er komen, de Belastingdienst. “Het moest een binnenstedelijke Vinex-wijk worden,” zegt Bakker. “Wat mij betreft de beste die er is. Dat beseffen mensen niet meer, dat dat zo is.”

Plannen voor een brug

De ontwikkelingen gingen met absurd rasse schreden. Iets verderop werd het pand van de Holland Amerika Lijn door de gemeente opgekocht, tegenwoordig Hotel New York. Maar het succes van die ontwikkelingen zou vallen of staan met de komst van een nieuwe verbinding tussen de stadsdelen, voelde Bakker aan. Er kwamen plannen voor een brug. Een landmark moest het worden, een icoon. Ontwerpen waren er al, ook een van de jonge architect Ben van Berkel. Hij stortte zich helemaal op de schoonheid van zo'n brug, functionaliteit kwam later. Alleen: van papier naar werkelijkheid bleek een stap die een stuk minder snel kon worden gezet.

Bijna niemand leek het eind jaren tachtig over zo'n Erasmusbrug te willen hebben. “Toen ik over de brug begon te praten werd ik keihard uitgelachen. Dat was utopisch, vonden mensen. Rotterdam-Zuid? Daar ging je niet naar toe. Daar woonden de gastarbeiders van weleer. Mensen uit Friesland, Groningen, Drenthe en overal. En mensen houden niet van gastarbeiders, in dit land."

Mensen waren dus hartstikke negatief – er was een impasse waar uit moest worden gekomen, zegt Bakker. Best spannend, zegt ze. “Ik riep altijd: het is heel goed te doen hoor, jongens! Ik vond het er geweldig. Maar Rotterdam-Zuid volwassen laten worden, mee laten spelen en een eigen rol geven: daar had niemand zin in. Ook de mensen op Zuid niet, die hadden er eerst ook geen zin in. Er was ongelooflijk veel vertrouwen nodig. En gepraat. En voor de troepen staan. Het zou kunnen dat we dit voor elkaar krijgen, zei ik.”

Een brug van iedereen

Ze slaagde, zoals alle betrokkenen die 'voor' waren slaagden. Het sentiment keerde. November 1991 stemde de gemeenteraad voor de komst. Het transport van de enorme brugdelen over water leidde daarna tot een waar mediastormpje, en in 1996 werd de brug officieel in gebruik genomen. Met een groot feest, waar Riek Bakker op had gestaan, want de brug moest van iedereen worden. Met een schema vol concerten en activiteiten en de komst van hooggeplaatsten als koningin Beatrix zat dat wel snor.

Het zou een startsein worden voor veel meer. De Tour de France denderde over de brug, de Dance Parade, het Zomercarnaval. De Amerikaanse president Bill Clinton kwam er een jubileum van de Marshall Hulp vieren - die hulp verbond Amerika en Nederland al sinds de Tweede Wereldoorlog. Tijdens The Passion werd een lied gezongen vanuit de bovenste nek, tientallen meters boven de grond. Het was een spectaculair beeld. Rotterdam had er een sieraad bij.

Ook de andere ontwikkelingen op Zuid bleven niet onopgemerkt. Het stadsdeel groeide stevig verder, het lijkt tegenwoordig in weinig meer op wat er eerst stond. "Dat is mooi, toch? In Londen is weleens een nieuwe wijk gebouwd, maar zonder na te denken over de infrastructuur. Daar moesten sommige dingen weer worden weggehaald." Ze kan er om lachen. Zo'n fout is De kop van Zuid niet overkomen. "Wij gingen al vroeg op excursies naar ander steden." zegt ze. Kijken hoe een ander vernieuwt: dat hielp.

Bakker is al lang en breed gestopt met haar Rotterdamse werk. Toch rijdt Bakker, als ze naar Rotterdam rijdt, steevast over de zuidkant de stad in. Lekker door Zuid, langzaam richting Erasmusbrug. Zodat ze alles weer even ziet. "Je rijdt om, zeggen ze dan tegen me. Maar dat kan me dus helemaal niks schelen.''

Bron: Rijnmond Nieuws

Riek Bakker
© Ruud de Boer